Benodigd
Meetlint, potlood, schroevendraaier, ontvetter/reinigingsdoekjes, eventueel schroeven en boor.
Onderdelen: bovenrail, ondergeleider, gaaspakket, eindkapjes, montageclips, dubbelzijdige tape, (optioneel) schuine ondergeleider.
Voorbereiding
Ondergrond droog, stof- en vetvrij maken (kozijnen én dorpel).
Dorpel vlak en bij voorkeur minimaal 40 mm breed. Niet vlak? Gebruik een schuine ondergeleider.
A. In de dag
1. Bovenrail plaatsen
Klik de eindkapjes op de bovenrail en monteer de rail horizontaal in het kozijn of de nis.
2. Onderrail bevestigen
Positioneer de onderrail exact onder de bovenrail, op de dorpel. Verwijder de beschermfolie van de tape, plak vast en druk stevig aan.
3. Gaaspakket plaatsen
Plaats het gesloten gaaspakket aan de zijde tegenover de deurklink.
4. Montageclips kleven
Verwijder de folie van de montageclips. Schuif de bevestigingszijde strak tegen het kozijn en druk goed aan (kort aangedrukt houden voor optimale hechting).
5. Optioneel schroeven
Maak het gaaspakket los om de strips desgewenst vast te schroeven. Klik het gaaspakket weer terug.
6. Controle
Beweeg de hordeur helemaal open en dicht: loopt soepel, sluitlijn recht, tape goed gehecht.
B. Op de dag – 3-delig
1. Positiebepaling & reinigen
Markeer de positie op het kozijn. Reinig de aanhechtingsvlakken (boven, zijkant en dorpel) grondig.
2. Montageclips aanbrengen (boven & zijkant)
Plaats de meegeleverde clips op de gemarkeerde punten aan bovenkant en zijkant. Folie verwijderen, clips stevig aandrukken (kort vasthouden voor optimale hechting).
Optioneel: clips/strips aanvullend vastschroeven.
3. Profielen monteren
Klik of schuif de bovenbak en het zijprofiel in de geplaatste clips tot ze vastzitten en mooi uitgelijnd zijn.
4. Gaaspakket positioneren
Monteer het gesloten gaaspakket (cassette) zodat het aan de tegenoverliggende zijde van de deurklink uitloopt. Klik het pakket vast in de profielen.
5. Ondergeleider plaatsen (los element)
Lijn de ondergeleider uit met de bovenkant. Verwijder de tape-folie, plak de geleider op de dorpel en druk stevig aan.
6. Eindecontrole
Test het openen/sluiten over de volledige breedte. Controleer of de loop soepel is, de sluitlijn mooi recht, en tape/clip-hechting stevig.
Tips voor een strak resultaat
Druk tapeverbindingen kort en stevig aan; vermijd stof/siliconenresten.
Controleer met een waterpas of boven- en onderrail exact parallel lopen.
Bij niet-vlakke dorpels: gebruik de schuine ondergeleider om aanlopen te voorkomen.